Klink’s selectieve winkelen
Minister Klink heeft eindelijk de antwoorden op de vragen van VVD-kamerlid Zijlstra opgehoest. Hij had er maar liefst twee maanden voor nodig om antwoorden te formuleren die je, op zijn positiefst, ontwijkend mag noemen. Maar het zijn vooral de ambtenaren van de minister die inmiddels goed geschoold zijn in het krenten uit de pap halen (‘cherry-picking’ op zijn Engels, ook wel selectief winkelen genoemd). Want de hele anti-rokenlobby hangt daar van aan elkaar. En de contacten tussen die ambtenaren en de anti-rokenlobby zijn erg nauw.
Wij analyseren hieronder de antwoorden van de minister.
Antwoord 1
In de eerste vraag wordt verwezen naar de uitspraken van de Duitse rechter in Frankfurt. Aan het einde van het antwoord van de minister wordt de uitspraak in het kort geding, dat onze Stichting op 1 juli aanspande, geciteerd. Maar daar wordt een ander belangrijk onderdeel van de uitspraak van de rechter weggelaten:
Samengevat kan binnen het beperkte kader van dit kort geding niet met de hier vereiste mate van aannemelijkheid worden geconcludeerd dat er sprake is van onevenredigheid of onzorgvuldigheid ten opzichte van de horecabranche in het algemeen of van de kleine horecaondernemers, zoals de Stichting c.s., in het bijzonder of van een gebrekkige motivering van de bestreden besluiten.
Dus wat in kort geding niet beoordeeld kan worden, kan in een bodemprocedure (zeker als daarbij de meest recente Nederlandse schadecijfers worden meegenomen) wél diepgaand gewogen worden. Zo volgt de rechter in het kort geding vooral de door de overheid aangeleverde (gekleurde) conclusies van onderzoeken door de anti-rokenlobby en gaat hij er daarom ook, net als de minister, van uit dat er extra bezoekers zullen komen en de omzetdaling maar een dipje is.
Antwoord 2
Hier doet de minister aan cherry-picking door slechts één onderzoek er uit te pikken (hij doet uiteraard geen moeite het PWC-onderzoek in handen te krijgen en schuift die verantwoordelijkheid door naar de VVD-fractie). Er zijn bovendien, naast deze twee onderzoeken, nog meerdere onafhankelijke onderzoeken beschikbaar, maar hij wil er duidelijk zo weinig mogelijk over te weten komen.
Antwoord 3
In dit antwoord wordt een enquête onder horeca-eigenaren in Saarland, met het argument dat het niet objectief is, weggewuifd. Ook is het blijkbaar hier ineens wél belangrijk dat er goede economische onderzoeksmethodes worden gehanteerd, terwijl ons SEO-rapport liet zien dat de door Klink gepresenteerde onderzoeken op dat gebied ook niet deugen.
Als hij diezelfde kritische instelling op de door de anti-rokenlobby overhandigde onderzoeken zou loslaten, zou hij tot eenzelfde conclusie moeten komen, maar dat laat hij wijselijk achterwege.
Antwoord 4
Hier is het weer typisch dat Klink wél geloof hecht aan cijfers uit de hoek van de anti-rokenlobby (DKFZ) en niét van een onafhankelijke instelling als het Duitse CBS.
Antwoord 5
Ook weer een ontwijkend antwoord. Waarom heeft hij deze cijfers niet nagetrokken? Hij wil ze weer liever niet geloven.
Antwoord 6
Bij dit antwoord maakt de minister het helemaal bont. Hoewel Dr. Siegel vooral de onderzoeken naar acute effecten van rookverboden heeft bekritiseerd (afname opnames voor hartaanvallen) en heeft aangetoond dat deze gemanipuleerd zijn, kiest de minister alleen materiaal van Siegel uit over buiten roken, een totaal onbelangrijk onderwerp voor Nederland, zoals de minister zelf ook al aangeeft in zijn antwoord. Maar die hartaanvalonderzoeken werden door de minister zelfs nog tijdens het recente spoeddebat naar voren gebracht als hét bewijs dat rookverboden grote gezondheidswinst opleveren. De minister danst hier overduidelijk om de hete brei heen en dat mag, volgens ons, de VVD-fractie wel eens snel gaan doorprikken.
Ook gaat de minister niet in op de beschrijving die Siegel maakt van de repressieve cultuur van de anti-rokenlobby, hoewel dit expliciet zo in de bijbehorende vraag werd genoemd.
Antwoord 7
Op de vraag of zo’n rookverbod het thuisdrinken niet bevordert wordt ook niet ingegaan.
Antwoord 8
Hier gaat Klink wéér niet in op de eigenlijke vraag (over de conclusies van het SEO rapport) en herhaalt alleen dat het goede onderzoeken zijn (wat in het rapport wordt bestreden).
Antwoord 9
Alweer ontwijkend. Het is, na de voorgaande vragen, wel duidelijk wélke onderzoeken en bevindingen bedoeld zijn..
Antwoord 10
“Voor de invoering van de rookvrije horeca, sport en kunst/cultuur geven de studies uit andere Europese landen die ons op dat punt zijn voorgegaan het op dat moment best mogelijk beeld van de effecten die verwacht kunnen worden.”, volgens de minister.
Hè?! WELKE studies, minister Klink? Alleen die van de anti-rokenlobby? Of ook die van andere (meer onafhankelijke) bronnen? En dan verder gaan met dat we eerst maar eens Nederlandse metingen moeten doen en die buitenlandse onderzoeken maar weer terzijde leggen? Handig om de aandacht zo weer af te leiden. Wordt de grond wat te heet onder de voeten?
Antwoord 11
Het is duidelijk dat Klink de kritiek op zijn aanpak en zijn selectieve manier van winkelen, arrogant ter zijde legt en zich daarbij beroept op een door hem selectief voorgelichte Tweede Kamer, die in de voorbereiding nauwelijks zijn plicht tot kritisch doorlichten van het wetgevingsproces heeft waargemaakt. Als de Tweede Kamer de hier duidelijk getoonde misleiding voor lief neemt dan wordt het tijd het functioneren van het parlement eens goed door te gaan lichten.