De stankbel van de anti-rook kerk
Ik rook niet. Vroeger wel, maar op een gegeven moment vond ik het niet leuk meer en ben ik er mee gestopt. Mijn vrouw rookt wel. Ze heeft nog meer eigenaardigheden, maar daar gaat dit stukje niet over. Waar het over gaat is dat ze, met de andere rokers, voor de maatschappij een paria is geworden. Verschoven naar speciale afgeschutte gedeelten in restaurants of naar balkons en eventueel de straat. En daar staan ze dan met z’n allen, het dampend uitschot van een hysterisch geworden maatschappij.
Zo’n twintig jaar geleden was ik in Amerika. In het hotel mocht je niet roken, maar in de lounge was een open haard. Die walmde en rook naar verbrand hout en dat was gezellig, maar roken mocht niet. Buiten waren de straten gevuld met een onafzienbare file van dampende en stinkende auto’s. Dat was Amerika in de jaren tachtig en iedereen hier was het er over eens dat Amerikanen gek waren. Dat vind iedereen hier nog steeds, maar ondertussen is de hysterie de oceaan overgestoken en heeft Europa geïnfecteerd.
Wat zijn de feiten:
Je hebt roken en meeroken. Roken is niet gezond, je kunt er dood aan gaan,
dat is niet te ontkennen. Maar er zijn veel dingen waar je dood aan kunt gaan,
zoals je laten behandelen in een ziekenhuis, of je fietsend of lopend door
Amsterdam verplaatsten. Recentelijk liet de Amsterdamse GGD weten dat er in
Amsterdam jaarlijks zo’n duizend mensen dood gaan tengevolge van de fijnstof
uitstoot van het verkeer. Dat is ongeveer evenveel als er in Amsterdam
overlijden door longkanker tengevolge van het roken van sigaretten, heb ik
uitgerekend. Let wel, de doden komen door fijnstof (een vreselijk germanisme, ze
bedoelen fijne deeltjes in de lucht, zoals roet) en nog niet eens tengevolge van
de totale luchtvervuiling in Amsterdam. De mortaliteit tengevolge van de totale
luchtverontreiniging in Amsterdam zal dus voor de Amsterdamse bevolking
beduidend hoger zijn dan de mortaliteit tengevolge van het roken van sigaretten,
ook als je de schade daardoor aan bijvoorbeeld hart en bloedvaten meetelt.
En dan meeroken. Als je meeroken definieert als het in de nabijheid zijn van
iemand die rookt, en niet het opgesloten zitten in een kleine ruimte vol
met driftige dampers (dan rook je niet mee, dan word je meegerookt) dan is
er geen enkel wetenschappelijk houdbare theorie die meeroken kan definiëren
als ongezond. Wat men vaak doet, is het effect van grote doses van een
bepaalde giftige stof extrapoleren (doortrekken / projecteren) naar een lage
dosis. Als je erg dood gaat door veel roken, ga je een beetje dood door
meeroken. Wetenschappelijk gezien is dat echter onzin, er is geen enkele
reden om dat te doen, er bestaat geen lineair verband tussen het effect van
hele grote doses, toegediend over een lange periode, en een sporadisch
toegediende kleine dosis van een stof. Het lichaam past zich aan als
de omstandigheden veranderen en rook hoort erbij. Pas boven een bepaalde
niveau wordt een dosis een overdosis en daar kun je aan doodgaan, dat is
bekend. Voor rook houdt dit in dat het pas schadelijk wordt als de rook
permanent aanwezig is en de concentratie hoog genoeg is. En een mooi
voorbeeld hiervan is de rook die uit de uitlaten van de auto’s komt. Rook
van andermans sigaret is daar totaal niet mee te vergelijken.
Waar het om gaat is dat, zonder een houdbare wetenschappelijke onderbouwing,
op basis van voornamelijk emotionele argumenten met een wetenschappelijk
sausje erover, een heksenjacht gaande is. Er zijn geen verdedigbare
argumenten tegen meeroken, anders dan dat het stinkt. Bovendien, ook zonder
mijn wetenschappelijk gebabbel overtuigend te vinden, zal iedereen toe
moeten geven dat je van meeroken minder dood gaat dan van roken. Dat
houdt dus ook in dat er hoe dan ook in Amsterdam veel minder doden vallen
door meeroken dan door de luchtvervuiling. Maar roken moet verboden worden,
vanwege het gevaar voor de omstanders. Je vraagt je dan af hoe fanatiek de
overheid is met het terugdringen van de luchtvervuiling. Dat valt echter
nogal tegen, men ontziet daarbij zoveel mogelijk de auto en het
bedrijfsleven. Dat is niet onredelijk, maar het voelt niet echt lekker als
je het vergelijkt met de activiteiten tegen roken.
In de Independent las ik een paar jaar geleden een heel klein berichtje over
een wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van meeroken. In het
resultaat van het onderzoek bleek slechts een klein – niet significant –
verschil tussen de mortaliteit van meerokers en niet-meerokers. Dat kleine
verschil was echter niet dat er een beetje meer doden vielen onder de
meerokers, maar juist minder. Zoals gezegd was dit berichtje klein, en
in andere kranten heb ik er helemaal niets over gevonden. Het is geen
nieuws dat kranten graag brengen want dat vindt het lezend publiek niet
leuk. De mensen willen heksen jagen en alles wat ze daarbij belemmert wordt
terzijde gelegd. Het is een wereldwijde, religieus aandoende beweging en wat je
er ook over zegt, het zal niets uitmaken. De roker moet branden.
Abraham Peper
Abraham Peper doet onderzoek naar de ontwikkeling van tolerantie van het
lichaam voor lichaamsvreemde stoffen. Zijn publicaties hierover kunt u vinden op
zijn website: www.abraham-peper.com. Naast wetenschapper is hij schrijver,
onlangs is van hem uitgekomen ‘Het duister van de nacht’, bij uitgeverij L.J.
Veen. Informatie over het boek staat op: www.abraham-peper.nl