Wiegendood eindelijk verklaard
Sinds in 1987 een nieuw advies is uitgegaan om baby’s niet meer op hun buik te laten slapen is het aantal dode baby’s gedaald van 210 per jaar in 1987 naar 16 in 2006. Alle spookverhalen over roken bij baby’s ten spijt heeft alleen al de herroeping van een advies uit 1971 zoveel effect gehad op het voorkomen van wiegendood dat nu gesproken wordt van het einde van deze ‘epidemie’.
In het Trouw-artikel, waarin van dit onderzoek gewag wordt gemaakt, kan men het zoals gewoonlijk niet laten om, op het eind, roken nog even medeschuld te geven. Anti-rokenblad Trouw en een groot deel van de medische wereld gebruikt dergelijke beweringen wel vaker als een “overigens ben ik van mening dat Carthago vernietigd moet worden“. Het is gewoon ‘in’…
Sinds de jaren zeventig zijn ongeveer 3500 baby’s overleden aan wiegendood. De epidemie lijkt nu ten einde, getuige het sterftecijfer van elf baby’s in 2006.
„Het is een gigantisch aantal”, zegt dr. Guus de Jonge, oud-hoogleraar kindergeneeskunde in het VU Medisch Centrum in Amsterdam. Tussen 1971 en eind 2006 zijn volgens hem zeker 3500 baby’s aan wiegendood overleden. Die schatting baseert hij op cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek, dat de doodsoorzaken bijhoudt.
De cijfers laten ook zien dat de sterfte aan wiegendood voor het eerst sinds lange tijd terug is op het niveau van begin jaren zeventig. Daarmee lijkt de epidemie van babysterfte definitief voorbij.
Die epidemie begon in de jaren zeventig. Vanaf die tijd vertwintigvoudigde het aantal gevallen van wiegendood. „Tot mijn schaamte moet ik constateren dat niemand in de gaten had hoe dat kwam”, zegt De Jonge. Dat veranderde pas in 1987, toen De Jonge zelf aan de bel trok.
Wiegendood komt zelden nog voor (Trouw)