De rol van de wereldorganisaties
Dit soort organisaties staan er om bekend op een niet-democratische wijze tot stand te zijn gekomen. Tóch zijn ze het podium waarop veel beslissingen worden genomen over het leven van veel wereldburgers. Zo kan de Wereldbank via het IMF een heel land financieel in gijzeling nemen, wanneer dit land zich niet houdt aan de door deze organisatie gestelde eisen en voorwaarden.
Op het gebied van roken zijn er twee belangrijke organisaties actief:
- De Wereldgezondheidsorganisatie
- De Wereldbank, waaronder het International Monetary Fund (IMF)
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft het bestrijden van het roken en de rokers hoog op haar prioriteitenlijstje staan. Via het Tobacco Free Initiative (TFI) en haar Framework Convention on Tobacco Control probeert ze in de hele wereld landen zó ver te brengen dat ze, via wetgeving, het leven van rokers zo moeilijk mogelijk maken.
Het TFI wordt hevig gesponsord door de fabrikanten van Nicotine-ontwenningsmiddelen: meer dan 70% van haar begroting komt uit de kassen van bedrijven als Farmacia en GaloxoSmithKline, producenten van onder andere Nicorette en Zyban.
Het is ook met name de voorman van het TFI, Derek Yach, en de directeur van de WHO, Gro Harlem Brundtland, die zich in de publiciteit profileren als meedogenloze tegenstanders van alles wat maar naar tabak riekt. Bovendien verzetten ze zich tegen regelgeving (oorspronkelijk artikel) met betrekking tot Epidemiologisch onderzoek waardoor eenduidige regels zouden kunnen worden gehanteerd voor de interpretatie van de anti-roken onderzoeken.
De WHO kan daardoor nog steeds volop manipuleren met onderzoeksresultaten en met cijfers over de tol die roken wereldwijd zou kosten. Een uitgebreide analyse van de activiteiten van deze organisatie is te lezen in het boek WHO, What and Why? Trans-National Government, Legitimacy and the WHO, dat on-line te lezen is.
Ook de Wereldbank ziet voor zichzelf een rol in het wereldwijd bestrijden van roken. En ze heeft de middelen om met name ontwikkelingslanden via het IMF te chanteren om wetgeving tegen roken af te dwingen. Haar uitgangspunt in de anti-roken discussie is dat roken de maatschappij ontzettend veel geld kost. Op dit standpunt valt nogal het een en ander af te dingen*. Het argument lijkt meer gebruikt te worden als een gelegenheidsargument dan als een wetenschappelijk verantwoord gegeven.
* Zie: The World Bank’s Tobacco Economics (PDF)
Lees ook:
- Anti-tabaks activisme bij de Wereldbank: een analyse.