Hoogervorst wacht op ventilatieonderzoek
Nadat Minister Hoogervorst van VWS een zevental moties vanuit de kamer om de oren kreeg, is het enige tijd stil geweest.
Inmiddels is het antwoord van de minister op de moties binnen: eerst zullen RIVM en TNO gezamenlijk een literatuuronderzoek doen naar de ‘bescherming’ die ventilatie kan bieden tegen meeroken, daarna zal hij zich beraden in welke vorm en binnen hoeveel tijd de rookoverlast in de horeca kan worden bestreden.
In reactie op deze motie heb ik, in samenhang met het toegezegde onderzoek door RIVM en TNO, de passage over ventilatie in de toelichting bij het besluit aangepast. Met beide onderzoeksinstituten is inmiddels gesproken over de precieze formulering van de onderzoeksopdracht. Naar verwachting zullen de definitieve onderzoeksvraag en –opdracht een dezer dagen worden afgerond.
Koninklijk Horeca Nederland (KHN) wordt tot 15 januari a.s. in de gelegenheid gesteld literatuur en onderzoeksrapporten te overleggen, die volgens deze organisatie bij het onderzoek moeten worden betrokken.
Met betrekking tot de in de motie bepleite redelijke normen voor (binnen)luchtkwaliteit sta ik op het standpunt dat het moet gaan om veilige normen. Op dit punt wil ik eerst de uitkomst van het onderzoek door RIVM en TNO afwachten.
Het is een goede zaak dat Koninklijke Horeca Nederland, als belanghebbende, in staat wordt gesteld mede het materiaal aan te leveren voor het literatuuronderzoek. Dit voorkomt ‘cherry-picking’ door de onderzoekers: het selectief onderzoeken van alleen dié rapporten die het standpunt van het ministerie onderschrijven.
Inmiddels is ook het definitieve uitzonderingenbesluit door de Raad van State gegaan om per 1 januari in werking te kunnen treden. De moties zijn in de meest recente tekst verwerkt.
Brief minister
Definitieve uitzonderingenbesluit Rookloze Werkplek