Rechter wijst eis af
Wij zijn van oordeel dat de voorzieningenrechter in Den Haag, die vandaag negatief besliste op onze eis voor een uitstel van het rookverbod voor de kleine horeca, weinig of geen inzicht heeft getoond in de problematiek van de omzetschade voor die kleine horeca.
Wij zien voldoende aanknopingspunten in deze uitspraak om daar tegen in te gaan, hetzij via een spoedappèl, hetzij via het terugzetten van de problematiek op de agenda van de Tweede Kamer, hetzij beide. Proefprocessen en een bodemprocedure behoren eveneens tot de mogelijkheden. In ieder geval wordt de strijd niet opgegeven. Integendeel, de bereidheid tot actie is in de achterban alleen maar toegenomen door deze onbegrijpelijke uitspraak van de rechter.
Een van de essentiële stukken in onze bewijsvoering, het rapport van de econoom, is niet op de juiste wijze meegenomen in het oordeel. Het wordt op gelijk niveau beoordeeld met de door de staat aangeleverde onderzoeken, terwijl het juist een onafhankelijke beoordeling was van dit ‘bewijsmateriaal’ van de staat. De twee deskundig bekritiseerde onderzoeken van de minister staan nog steeds in de samenvatting van de AMvB die tot dit rookverbod in de horeca leidde maar hebben hun kracht verloren.
Wat ons ook opvalt is dat in het oordeel inschattingen van Horeca Nederland worden vermeld die melden dat het slechts om een ’tijdelijke dip’ gaat. Als we kijken naar de ontwikkelingen in Schotland (2 jaar rookverbod) en Ierland (4 jaar rookverbod) is daar echter weinig van te zien. Ook de recente onderzoeken van PriceWaterhouseCoopers en A.C. Nielsen in Engeland laten zo’n kortdurig effect in het geheel niet zien. Die laten alleen zien dat vele pubs over de kop gaan of gegaan zijn.