GRONINGEN – Iemand met veel oudere broers en zussen heeft een kleinere kans op allergie. Dat blijkt uit het promotieonderzoek van G. Koppelman aan de Rijksuniversiteit Groningen (RuG). Hij spoorde een aantal erfelijke oorzaken op van astma en allergie en onderzocht hoe die samenwerken met omgevingsfactoren, zoals de hoeveelheid broers en zussen.Koppelman zocht bij tweehonderd astmapatiënten en hun partners en kinderen naar kenmerken van allergie. Die blijken in grote gezinnen minder vaak voor te komen. De onderzoeker vermoedt dat dit komt doordat de jongere kinderen in grote gezinnen meer infecties doormaken en daardoor minder gevoelig worden voor allergie. Het is de eerste keer dat dit fenomeen is aangetoond onder erfelijk belaste families.
Koppelman onderzocht verder op welke menselijke chromosomen de genen liggen die allergie veroorzaken en ontdekte daarbij een aantal nieuwe gebieden. Zo blijkt het gen CTLA-4 betrokken bij de activering van het afweersysteem en het gen CD14 lijkt de ernst van de allergie te beïnvloeden.
De promovendus toont ook aan dat mensen met bepaalde genvarianten een bijna vijf keer grotere kans hebben op astma dan mensen zonder die varianten. ,,Dit is de eerste keer binnen de astmawereld dat we ontdekken dat bepaalde genen samenwerken in het veroorzaken van allergie en astma”, zegt Koppelman.
De twee aandoeningen zijn voor ongeveer de helft erfelijk bepaald, de rest is afhankelijk van omgevingsfactoren. Volgens Koppelman zijn met dit onderzoek nog niet alle genen gevonden die een rol spelen bij astma en allergieën. ,,Maar als we meer over erfelijkheid leren, weten we ook meer over de andere factoren.”
(17 oktober 2001)
©Nederlands Dagblad