Waarschuwing: roken veroorzaakt paniekstoornis, pleinvrees en depressie.
Zien we binnenkort stickers met deze boodschap op een pakje sigaretten? Dat zou best eens kunnen. Steeds meer onderzoeken tonen aan dat roken niet alleen je lichamelijke, maar ook je geestelijke gezondheid beschadigt.
Een verband tussen roken en psychische stoornissen was al langer bekend, maar er werd gedacht dat problemen leiden tot roken, en niet andersom. Dat is ook de ervaring van veel mensen: ben je zenuwachtig, dan steek je een sigaret op om rustiger te worden.
Uit verschillende onderzoeken met duizenden proefpersonen blijkt echter dat mensen die aanvankelijk geen problemen hebben, maar wel roken, meer risico lopen dan niet-rokers om depressies, paniekaanvallen en angststoornissen zoals pleinvrees te ontwikkelen.
Andere studies tonen aan dat angstige mensen even vaak met roken beginnen als niet-angstige mensen. Daar kun je uit concluderen dat roken angst veroorzaakt, en niet andersom.
Een mogelijke verklaring hiervoor is dat roken op de adem slaat.
Het is bekend dat angststoornissen vaak samenhangen met ademhalingsproblemen, zoals hyperventilatie. De hoeveelheid koolmonoxide in rook zou bovendien tot een paniekerig gevoel kunnen leiden. Op langere termijn kan dat behalve tot paniekaanvallen ook tot andere angststoornissen leiden.
Nicotine kan hartkloppingen, hoge bloeddruk en versnelde ademhaling veroorzaken. Daarnaast werkt de stof direct in op de neurotransmitter dopamine in de hersenen. Ook dit kan angstige gevoelens veroorzaken. Het feit dat sommige antidepressiva ook helpen bij het stoppen met roken, suggereert dat roken en depressie een overeenkomstige neurologische basis hebben.
Er zijn dus steeds meer aanwijzingen dat roken psychische problemen veroorzaakt, maar er zijn nog wel veel onduidelijkheden. Wat is bijvoorbeeld de rol van alcohol? Veel rokers zijn ook drinkers en dat zou al een behoorlijk deel van de problemen kunnen verklaren.
Commentaar
In het tijdschrift Psychologie verscheen dit artikel over de relatie tussen roken en de psyche. Het artikel is gebaseerd op een publicatie in de New Scientist.
Het lijkt ons te ver gaan om roken in verband te brengen met pleinvrees of wat dan ook. Dat dopamine een rol zou spelen, is een open deur. Deze neurotransmitter speelt bij alle emoties, overpeinzingen en activiteiten een rol.
Mocht roken de psyche aantasten, dan komt dat volgens ons eerder van de schuldgevoelens die rokers door de niet-rokende en vooral de ex-rokende buitenwereld krijgen opgedrongen dan van het roken. De algemene opvatting is momenteel dat als je iets mankeert of denkt te mankeren en men rookt dan krijgt het roken de schuld. Verder valt op dat er zoals altijd er geen onderscheid gemaakt wordt in de effecten naar de mate waarin gerookt wordt.
Uit alcoholonderzoek blijkt dat schuldgevoelens de belangrijkste determinant zijn van ‘katers’. schuldgevoelens vindt men vooral in restrictieve maatschappijen. Wat roken betreft is tegenwoordig iedere westerse maatschappij zeer restrictief, dus schuldgevoelens over roken zullen intensief en wijdverbreid zijn.
Schuldgevoelens vormen een chronische negatieve stressor of dat nu komt van roken, dingen die men had moeten doen, maar niet gedaan zijn, het tekortschieten in een relatie of vermeend misbruik van iets, dat blijft om het even. Een chronische negatieve stressor waarmee niet afdoende kan worden omgegaan (bijvoorbeeld schuldgevoelens over het roken) leidt tot negatieve effecten op de gezondheid.
Epidemologisch onderzoek, waar dit onderzoek onder valt, kan wél correlaties maar niet de richting (oorzaak en gevolg) vaststellen. Dus de conclusie dat mensen roken omdat ze de bovenstaande verschijnselen vertonen en met roken kunnen/willen bestrijden is net zo plausibel als “roken veroorzaakt paniekstoornis, pleinvrees en depressie“, wat het tijdschrift hier beweert.